sluiten

Prijswinnend fotoproject Çiğdem Yüksel: ‘Je moest eens weten’

Fotograaf Çiğdem Yüksel miste in archieven gelaagde beelden over de ervaringen van vrouwen uit haar oma’s generatie. Met welke dromen kwamen ze naar Nederland? Hoe was het leven hier? Daarom dook ze met tientallen Turkse vrouwen van de eerste generatie in hun oude fotoalbums.

Tekst: Hizir Cengiz, foto’s: Çiğdem Yüksel

Het resultaat is het prijswinnende fotoproject ‘Bir bilsen… Je moest eens weten…’. Veel Turkse vrouwen die vanaf eind jaren zestig naar Nederland kwamen, beginnen met die woorden hun levensverhaal als Çiğdem Yüksel hen opzoekt.

‘De leeuwendochter van chef Ali. Zo noemden de vrienden van mijn vader me. Ik reed in grote auto’s, droeg leren jacks en ik vocht. Zoals die keer in het Schiedamse Passage Theater waar een Turkse film draaide. Een jongen had iets onbeschofts gezegd over de vrouwen in de zaal. Ik pakte hem vast, duwde hem tegen de deur en gaf hem een vuistslag op zijn mond – bam!’ Aan het woord is Iclal, die als 15-jarige met haar ouders, broertje en zusje naar Nederland kwam.

 

Iclal Sürmeli

‘Ik beet me echt vast, kreeg dingen voor elkaar. Mijn vader vertrouwde altijd op mij. Tegelijk was hij erg streng en heeft hij me veel ontzegd. Ik wilde dolgraag naar school, doorleren, me ontwikkelen. Maar hij verbood me dat te doen. Dat was niet voor meisjes, vond hij. Ik leerde later Nederlands van mijn collega’s in de pindakaasfabriek. Ik kan nu heel goed lezen, maar niet zo goed schrijven.

Nadat ik mijn autorijbewijs had gehaald, zei mijn vader, die toen longkanker had: “Bid dat ik niet overlijd, want dan betaal ik jouw motorrijbewijs.” Ik heb een motorobsessie. Bij ons in Urfa had je oom Hüseyin. Dit was de motor van zijn broertje. Daar heb ik deze foto laten maken. Ik had al handschoenen, een motorjas, een strakke spijkerbroek en laarzen gekocht. Mijn vader overleed toen hij 38 jaar was; God hebbe zijn ziel. Ik heb nooit lessen gevolgd. Elke keer als ik een motor zie, voel ik pijn in mijn borst.’

Şanlıurfa, 1977. Iclal met nichtje Güzide op de motor van haar oom tijdens een zomervakantie.

Schiedam, 1976. Iclal aan de telefoon in haar woonkamer.

Maviye Karaman

‘We gingen ’s avonds langs de deuren. We wisten waar de immigranten woonden: in Amsterdam meestal in Oost en in De Pijp. Daar waren toen geen mooie huizen zoals nu. We belden aan waar een Turkse achternaam bij de bel stond en vroegen of we binnen mochten komen. De mensen waren toen nog erg conservatief, dus we vroegen aan de mannen of hun vrouwen mochten deelnemen aan onze cursussen en voorlichtingen. Deur na deur, zo ging dat toen. Wat een motivatie hadden we, mijn vriendinnen en ik. We brachten kranten uit en hadden een koor. We gingen de straat op tegen de neutronenbom. En we protesteerden toen al tegen de politieke visie op abortus. Ik heb in die tijd ook veel gereisd. Van Nairobi tot Moskou bepleitte ik de vrouwenzaak op conferenties en bijeenkomsten.

Ik ben blij dat ik heb gestreden voor gelijkwaardigheid en rechtvaardigheid en dat ik op die manier dus ook politiek betrokken ben geraakt. Want het leven ís politiek. Alles is politiek. De gelijkwaardigheid tussen mannen en vrouwen bestaat op dit moment nergens. In geen enkel land. Vrouwen worden onderdrukt door mannen, door regeringen, door de wet. Maar ik ben nog steeds hoopvol. Ooit zal er gelijkwaardigheid zijn.’

Amsterdam, 1981. Maviye (middenachter) op een demonstratie tegen kruisraketten.

Amsterdam, 1975. De oprichtingsfoto van de HTKB. Maviye (middenachter) met de vrouwen uit het bestuur van HTKB.

Selvet Șükür

‘Ik kan me nog herinneren wat mijn man droeg toen ik hem voor het eerst zag. Aan zijn kleding te zien leek hij net een bouwvakker. Maar later vertelde hij dat hij in Nederland woonde en zich bij de Bijenkorf liet kleden. Mijn moeder stelde me gerust en zei: “Lieverd, een goede man ziet er soms uit als een zak meel. Hij zorgt voor brood op de plank en voor jou, dat is genoeg.” Het ging in die tijd nog niet zo om schoonheid, al was hij wel knap hoor! Kijk maar naar de foto’s. Na een jaar zijn mijn man en ik in Turkije getrouwd. Een week na de bruiloft vloog ik met hem mee naar Amsterdam.

Ik ging ’s ochtends de deur uit op weg naar een bank op de Dam. In de middag poetste ik twee scholen en ’s avonds nog het Stedelijk Museum. Voor mijn kinderen waren de weekenden een feest, dan maakte ik een uitgebreid ontbijt. Doordeweeks was ik er niet. Dat gevoel van je kinderen wakker maken, aankleden, hun haren kammen en hen samen aan de hand naar school brengen, heb ik niet gekend. Daar zit ik nog steeds mee. Nu ik erover praat word ik bedroefd. Maar godzijdank, mijn kinderen zijn goede mensen geworden. Daar hebben mijn man en ik het allemaal voor gedaan. Dit alles klinkt misschien zwaar. En nee, het is niet makkelijk geweest. Maar ik ben goedlachs, altijd al geweest.

Lisse, 1974. Selvet en haar man aan het wandelen tussen de tulpen in de Keukenhof. Hier is ze zwanger van hun eerste kindje.

Amsterdam, rond 1982. Selvet op de Vespuccimarkt in De Baarsjes.

Turkije, 1972. Een portret van Selvet.

Amsterdam, 1973. Selvet poseert voor het station Amsterdam Centraal, kort na haar aankomst in Nederland.

Yüksel stuit op talloze verhalen zoals die van ‘leeuwendochter’ Iclal, vrouwenrechtenactivist Maviye, en Selvet, die drie shifts per dag werkte en daardoor haar kinderen nauwelijks zag. Het boek Je moest eens weten. De eerste generatie vrouwen uit Turkije in Nederland en de gelijknamige tentoonstelling, die tot stand kwamen met steun van Stichting Democratie en Media, halen de verhalen van deze vrouwen naar boven. Door middel van interviews, foto’s uit familiealbums en nieuwe portretten van de vrouwen, die nu tussen de zestig en tachtig jaar zijn, krijgen ze een blijvende plek in de Nederlandse geschiedenis.

Ze vertellen over de pijn van migratie, heimwee, verdwaald raken en je weg vinden. Werken, zorgen voor de kinderen, de taal leren. Liefde en ongelukkige huwelijken. Beknot zijn als vrouw en emancipatie. Hun bijdrage aan de Nederlandse economie als fabrieksarbeider of schoonmaker, en hun strijd voor vrijheid en gelijke rechten. Hun verhalen zijn divers, gelaagd, dubbelzinnig, zoals elke menselijke ervaring is. 

‘Ik besefte hoezeer ik beelden mis die recht doen aan het verhaal van de eerste generatie vrouwen uit Turkije, zoals mijn oma,’ vertelt Yüksel. ‘Een archief dat representatief is, waar mijn generatie en de generaties erna terechtkunnen om te zien wie deze vrouwen waren en om te begrijpen waar ons verhaal in Nederland begonnen is. Als we ons visuele erfgoed niet snel aanvullen, blijft deze geschiedenis onzichtbaar. Deze vrouwen zijn op leeftijd, de tijd dringt.’

Het boek Je moest eens weten. De eerste generatie vrouwen uit Turkije in Nederland is verkrijgbaar via nai010 Uitgevers. Het project is een productie van Prospektor.

delen: